23 februari 2024, verschenen op Slotstad RTV

Met elkaar in gesprek over The Passion

 

Zodra bekend werd dat The Passion in 2024 naar Zeist zou komen, zagen Geeske Donze en Annemarie Bijl het helemaal voor zich. Geeske: “The Passion vertelt het verhaal van Pasen, de laatste dagen van Jezus Christus. Een verhaal over verwachting, verdriet en verraad. Thema's die bijna iedereen in eigen leven herkent. Hoe mooi zou het zijn als mensen in de komende weken bij de kerken in Zeist kunnen binnenlopen voor gesprekken, informatie en allerlei activiteiten die bij The Passion passen?” Zo ontstond het platform ‘Geloven in verbinding’. 

 

Door Daniëla Postma

Het verhaal dat tijdens The Passion ieder jaar op televisie wordt uitgezonden – de laatste dagen van Jezus - staat in kerken centraal tijdens Pasen. En dat begint al met de veertigdagentijd die aan Pasen voorafgaat. Om ook mensen zonder een kerkelijke achtergrond een idee te geven wat er in kerken wordt gevierd, waarom en hoe, noemen we hier de belangrijkste momenten.

De Veertigdagentijd

De eerste dag van de Veertigdagentijd valt op Aswoensdag. Dan worden de mensen in de kerk opgeroepen om zich tot Pasen te gaan bezinnen op hun leven: Hoe leef je en kan dat anders? Kun je jouw leven zó inrichten dat het van de wereld een prettigere plek maakt, ook voor die mensen voor wie het bestaan vaak een strijd is? Tijdens de viering krijgen mensen een ‘askruisje’: stof was je ooit en stof zul je straks ook weer worden. Maak jezelf niet te belangrijk, neem jezelf niet te absoluut, maar ook: Maak iets goeds van de dagen die jouw leven zal tellen!

Veel kerkgangers doen in die veertig dagen voor Pasen aan een vorm van vasten: even niet snoepen, geen alcohol drinken of afzien van vlees. Alleen de zondag blijft een feestdag, even een adempauze en dus een dag waarop niet wordt gevast.

Het vasten is meer dan zomaar een jaarlijks terugkerende ‘challenge’. De inspiratie om een aantal weken achter elkaar serieus na te denken over wie je bent en wat je doet en waarom, halen christenen uit hun geloof in God, uit Jezus die zijn Zoon wordt genoemd en uit dat belangrijkste gebod uit de bijbel: ‘Heb de mensen om je heen net zo lief als God en houd van hen even veel als van jezelf.’ Geloven is niet voor niets een werkwoord. Wat je zegt, is pas wat waard als je ook iets ermee doet.

Stille Week

Tijdens de week die voorafgaat aan Pasen komt het hele verhaal van The Passion in veel kerken, stukje bij beetje, in meerdere kerkdiensten aan bod. Op Palmpasen, de zondag waarmee deze week begint, wordt stilgestaan bij de intocht in Jeruzalem. Jezus wordt op dat moment nog als een held onthaald. Mensen hebben gehoord over de vele wonderen die hij heeft gedaan en verwachten veel van hem.

In de daaropvolgende kerkdiensten lezen kerkgangers met elkaar de verhalen waarin die feestelijke stemming langzaam omslaat. Een van zijn leerlingen verraadt Jezus en hij krijgt de doodstraf door kruisiging.

Met Pasen, tot slot, vieren de kerken dat die dood niet definitief het einde betekent. In christelijke woorden gezegd: God houdt te veel van mensen om hen voorgoed verloren te laten gaan in allerlei ellende. Er is nog altijd hoop op een betere toekomst, als er maar genoeg mensen bereid zijn om daarin te blijven geloven.

Activiteiten rond The Passion

Terug naar The Passion: ‘Geloven in verbinding’, het platform van kerken, zoekt naar manieren om in de periode rond dit evenement iets voor Zeist te kunnen betekenen. Tijdens drie bijeenkomsten kwamen allerlei mooie ideeën opborrelen zoals gratis concerten en open kerken waar mensen op donderdag met elkaar naar The Passion kunnen gaan kijken.

Meer informatie?
Wilt u meer weten over de activiteiten van ‘Geloven in verbinding’ of lijkt het u leuk om hieraan mee te werken? Neem dan contact op met: geloveninverbindingzeist@gmail.com


1 maart 2024, verschenen op Slotstad RTV

Vasten als voorbereiding op Pasen

 

De periode voor Pasen wordt door sommige mensen gebruikt om te vasten: tijdelijk afzien van iets wat je graag eet of doet. Daniëla Postma van de protestantse kerk in Zeist-West doet mee met een Vegan Veertigdagentijd: 40 dagen lang geen dierlijke producten gebruiken. Deze challenge is opgezet door Christian Climate Action, een landelijke groep christenen die hun zorgen om het  klimaat in concrete acties proberen te vertalen.

 

Door Geeske Donze

Had je vaker gevast?

Eerlijk gezegd niet, maar ik vind het een fijne voorbereiding op Pasen. Ik voel weer hoe allerlei beslissingen die ik neem een verschil kunnen maken, positief of negatief. Dat is sowieso iets waar ik niet alleen met Pasen bij stilsta. Het verhaal van Jezus die bereid was voor anderen te sterven, bepaalt me iedere dag opnieuw bij de vraag: Wat kan en wil ik loslaten, tijdelijk of voorgoed, om te zorgen dat het leven op deze aarde prettig blijft? Dat is ook wat voor mij ‘Pasen vieren’ betekent: we hoeven niet te accepteren dat we er met elkaar soms zo’n puinhoop van maken. We mogen altijd, iedere dag weer, opnieuw beginnen. En we mogen elkaar helpen, op momenten dat het leven soms zwaar is.

Hoe kwam je op het idee om vegan te gaan vasten?

In onze kerk deden we tijdens de coronapandemie mee aan de landelijke 52-weken-duurzaam-challenge. Iedere week kregen we een andere opdracht. In een appgroep bespraken we dat en gaven elkaar tips. Deze challenge was voor mij een keerpunt. Ik maakte me al langer zorgen over het klimaat en had toch niet echt in de gaten hoe groot het probleem is. Tegelijkertijd voelde ik me machteloos. Onbewust maakte ik er een soort ‘alles of niets’ van: je doet het goed - en dan moet alles ook in één keer goed - of je doet het niet.

Die duurzaamheidschallenge in onze kerk leerde me om er anders mee om te gaan. Je hoeft niet meteen je hele leven overhoop te gooien. Iedere kleine stap in de goede richting telt mee. En je mag eigen keuzes maken: dit past bij mij en kan ik in mijn leven invoeren - en dat niet. Of voorlopig nog niet. Daardoor durfde ik ook deze nieuwe uitdaging aan: 40 dagen veganistisch leven. En na Pasen ga ik kijken wat ik daarvan blijf doen.

Zag je er tegenop?

De drempel om veganistisch te gaan eten was gek genoeg inderdaad hoog. Al sinds mijn elfde ben ik vegetariër, nadat ik op televisie had gezien hoe dieren in de bio-industrie worden mishandeld. In het dorp waar ik woonde, vonden mensen vegetariërs raar en het was onhandig. Je kon nog niet op internet opzoeken wat je dan wél aan een vegetariër kon voorzetten.

Gaandeweg kwamen er steeds meer vleesvervangers. Dat vind ik vooral fijn als ik bij iemand ga eten. Ik kan wel tegen anderen zeggen: ‘Doe geen moeite en laat voor mij het vlees maar weg,’ maar de meeste mensen hebben het gevoel dat ze je daarmee tekort doen. Zeker voor mensen die het liefst een traditionele maaltijd van Aardappel-Groente-Vlees op tafel zetten, is het nu gemakkelijk: voor mij kopen ze gewoon een vegetarische look-a-like.

Dat ik met mijn keuzes het anderen lastig maak, weerhield me om veganistisch te gaan eten. Eten is zo’n sociaal gebeuren. Hoe meer voorwaarden je stelt aan wat mensen voor jou maken, hoe ongezelliger het wordt om met jou om te gaan. Ik heb dat als student zelf ervaren bij macrobiotische vrienden. Vrijwel alles wat je hen voorzette, was in strijd met hun voedingsleer en weigerden ze dus te eten. Dat ging me op een gegeven moment tegenstaan. Zo wilde ik niet worden.

En valt het mee?

Ja en nee. Als vegetariër loop je al risico dat je onvoldoende noodzakelijke voedingstoffen binnenkrijgt, waardoor je moe en depressief kunt worden. Maar je kunt dat nog redelijk goed opvangen met zuivel. Dat valt nu weg. Daarnaast zitten in erg veel producten dierlijke ingrediënten. Ook veel koekjes zijn niet ‘vegan’.

En toch is het vegan vasten veel minder ingewikkeld dan ik had verwacht. Bijna alle ingrediënten kun je door een veganistische variant vervangen. Dat verraste me.

Helpt het ook om dit niet in je eentje te hoeven doen?

Absoluut. Door de groep wordt het letterlijk ‘behapbaar’. Ik krijg aan alle kanten handige adviezen aangereikt. Zo helpen we elkaar om gemotiveerd te blijven. Het blijft natuurlijk maar een druppel op een gloeiende plaat. Toch geloof ik dat het uitmaakt. Als we allemaal op onze eigen wijze ons best doen om een beetje zorg te dragen voor elkaar en de hele schepping, kunnen we veel bereiken. Ik hoop dat dat straks tijdens The Passion in Zeist ook zichtbaar en voelbaar mag worden.


8 maart 2024, verschenen op Slotstad RTV

Aanschuiven aan tafel voor The Passion

 

Voor de Doopsgezinde Gemeente in Zeist is Witte Donderdag altijd al een bijzondere dag, maar dit jaar geldt dat meer dan ooit. De avond zal beginnen met een ‘potluck’, een ontmoetingsmaaltijd waarvoor elke deelnemer voor 1 persoon iets te eten meeneemt. Iedereen is daarbij welkom. Na deze ‘potluck’ is er een korte meditatie en daarna kun je samen naar The Passion kijken op een groot scherm. Wie liever niet buiten in mensenmassa’s rondloopt, kan zo dit bijzondere evenement toch samen met anderen meemaken. Daniëla Postma ging erover in gesprek met Marthijn Laterveer en ds. Maaike de Jong.

 

Door Daniëla Postma

Wat maakt jullie gemeente anders dan de meeste kerken?

Marthijn: We willen een platform voor zingeving zijn, waar ook mensen komen zonder kerkelijke achtergrond. Er zijn zo veel mensen op zoek naar antwoorden op hun ‘waarom’-vragen: waarom ben ik hier, wat is mijn taak, hoe zit de wereld in elkaar, wat is de zin van wat we doen en hoe houd ik me staande? Onze Doopsgezinde Gemeente wil hen daarbij helpen met activiteiten als meditatief schilderen, poëziemiddagen, lezingen en concerten. En nu met deze potluck: samen kijken naar The Passion en erover doorpraten hoe dat verhaal raakt aan jouw leven.

Maaike: Je voelt van binnen heel goed of iets deugt. Wat je wel of niet kunt geloven, is een heel persoonlijke keuze. Maar dat betekent niet dat je het allemaal in je eentje hoeft te doen. Een gemeenschap is meer dan een verzameling individuen. Mensen hebben elkaar nodig. Soms kan het leven zoveel van je vragen, dat het je gewoon niet lukt om nog ergens in te geloven, of nog te weten waarin je gelooft. In een gemeenschap draag je elkaar als een ander het moeilijk heeft.

Marthijn: Voor mij past die manier van omgaan met levensvragen, en met elkaar, in deze tijd. Enerzijds mag je echt helemaal jezelf ontplooien en eerlijk zijn over hoe jij de dingen voelt zonder dat iemand je daarop be- of veroordeelt. Anderzijds blijf je in verbinding met andere mensen en draag je verantwoordelijkheid in een gemeenschap, is er een grotere structuur. Die verbinding zijn we in onze maatschappij vaak kwijt. We hopen dat tijdens The Passion onze gemeente een plek mag zijn waarin mensen die saamhorigheid weer mogen ervaren.

Hoe ervaren jullie die gemeenschap zelf?

Maaike: Als predikant ben ik natuurlijk in dienst van de gemeente, maar ik ben daarnaast ook gewoon gemeentelid. Er is in onze gemeente geen hiërarchie, we zijn allemaal gelijkwaardig en doen het samen. Ik haal net zo goed de afwasmachine leeg, want dat hoort erbij. We zijn een hechte gemeente en er is veel ruimte op je eigen manier invulling te geven aan je (geloofs)leven.

Ik kwam hier, drie maanden voordat corona alles dichtgooide, als predikant werken. Het was voor mij niet zo moeilijk om alles opeens anders te doen dan ik gewend was, want ik leer graag nieuwe dingen en zit altijd vol ideeën. Ik besefte dat ik niet iedereen kon leren kennen, maar ik kon wel ervoor zorgen dat mensen mij zouden kennen. Ik kon een verbindende factor worden, zodat de groep niet helemaal uit elkaar zou vallen tijdens de lockdown. Dus heb ik mezelf leren video monteren en ging filmpjes uitzenden via YouTube. Dat werkte heel goed. En ik belde iedereen op die jarig was. Zo sprak ik toch alle gemeenteleden persoonlijk.

Marthijn: Wat mij aantrok bij de Doopsgezinde Gemeente is de openheid, zelfs bij gemeenteleden die al dik in de negentig zijn. Hier maakt het niet uit welk ritueel of woord je gebruikt, er is niet zo gauw iets gek. Als iemand zegt: ‘Ik geloof niet in God’, zal niemand vragen: ‘Wat doe je dan hier?’, maar eerder: ‘Hoe beleef jij het dan?’ Dat spreekt mij heel erg aan. We hebben veel mooie gesprekken met elkaar over wat geloven inhoudt. Daarbij gebruiken we de Bijbel als inspiratiebron en zijn dan vooral gericht op de vraag hoe iedereen in deze wereld zo veel mogelijk tot zijn of haar recht komt.

Hoe bereiden jullie je als kerk voor op Pasen?

Marthijn: Dat wisselt. Onze vieringen zijn steeds anders. De eerste zondag in de maand heeft een meditatief karakter en wordt door gemeenteleden voorbereid. De derde zondag hebben we ‘Ander Uur’. De ene keer hebben we dan een Taizéviering en een andere keer komt bijvoorbeeld de directeur van de Triodosbank vertellen over Fair Finance.

Maaike: Op de tweede zondag ga ik voor en op de vierde zondag is er een gastpredikant. Zelfs dan zijn het niet altijd traditionele kerkdiensten. Ook voor Pasen geldt dat de volgorde van de onderdelen in de kerkdienst niet onwrikbaar vaststaan. Er is altijd ruimte om in te spelen op wat de situatie en het moment vragen.

Daarnaast doen we ieder jaar mee met de oecumenische vieringen op woensdag, waaraan meerdere kerken meewerken. Dat past heel goed in onze overtuiging dat je je als mens mag verbinden met anderen. We werken dan ook met veel plezier aan een initiatief als ‘Geloven in verbinding’ mee!


15 maart 2024, verschenen op Slotstad RTV 
en in Opgang (april 2024)

Je mag opstaan en verder gaan

 

Toen The Passion voor het eerst in Nederland kwam, zat Judith in de ledenraad van de EO. Van dichtbij zag zij hoe diep dit evenement raakt aan de ervaringen van mensen. In dit interview vertelt ze wat het lijdensverhaal van Jezus voor haar persoonlijk heeft betekend toen allerlei vormen van rouw en afscheid in haar leven kwamen. Judith was 10 jaar gemeentepredikant bij de Nederlands Gereformeerde Kerk in Zeist en werkt tegenwoordig in de gevangenis.

 

Door Daniëla Postma

Eigenlijk had ik nooit overwogen om justitiepredikant te worden, maar een collega vroeg aan me of ik wilde solliciteren. Ik zat op dat moment ziek thuis met borstkanker en drie kleine kinderen, mijn man was net bij me weggegaan. Ik herinner me nog precies wat die collega tegen me zei: ‘Er gebeurt van alles in je leven waarover je niets hebt te zeggen, maar dit kun je kiezen.’ En hij was ervan overtuigd dat ik dit moest doen.

Als invalshoek voor mijn sollicitatiebrief koos ik voor Prediker 3. Veel mensen zullen die tekst kennen. Je vindt ‘m letterlijk terug in ‘Turn, turn, turn’, een lied van The Byrds: There is a season for everything. In mijn brief gaf ik aan dat ik altijd een fantastisch leven heb gehad, met lieve ouders en zussen, maar ook de ‘andere tijden’ had leren kennen. Ik schreef dat Prediker gelijk had: al die tijden horen bij het leven. En voor mij was het nu misschien tijd om op een andere plek te gaan werken, met iets meer bagage, met mensen die ook duisternis hadden meegemaakt.

De volgende dag werd ik direct gebeld of ik wilde praten. Zo ging het balletje rollen. Ik werkte drie weken bij justitie. Toen vond mijn laatste operatie plaats. En daarna begon mijn nieuwe leven. Ik heb het ervaren als een geschenk uit de hemel.

Hoe is het om als justitiepredikant te werken?

Er ging een wereld voor me open. Ik kom zelf uit zo’n blanke bubbel met hoogopgeleide ouders  en ontmoet nu mensen van allerlei culturen, achtergronden, talen en geloven. Van hen leer ik zo veel: over mensen, God, de wereld, het leven... De contacten zijn puur en vol respect. Soms ken ik hun naam nog niet eens, als ze hun hele ziel en zaligheid al aan mij toevertrouwen. Elders in de gevangenis wordt dan alles in verslagen vastgelegd, bij mij gebeurt dat niet en ik heb geheimhouding.

Mijn werk als justitiepredikant leerde me van hart tot hart te spreken en me helemaal te richten op wat ik wil overbrengen. In de kerkdiensten moet ik in een kort tijdsbestek iets neerzetten waar iemand wat aan heeft, wat zijn achtergrond ook is. We hebben, inclusief koffiedrinken, maar een uur de tijd.

Onlangs hadden we het over Petrus. Toen Jezus zijn leerlingen vertelde dat iedereen hem zou verlaten, zei Petrus dat hij Jezus trouw zou blijven. En dan verraadt hij Jezus toch. Het is een moment dat iedereen herkent: je neemt je voor om iets nooit te doen – en het lukt je niet. Daar stopt het verhaal gelukkig niet. Petrus zegt drie keer dat hij Jezus niet kent, later krijgt hij ook drie keer de kans om te zeggen dat hij van Jezus houdt. Dat vind ik het mooie aan straks The Passion in Zeist meemaken: we zullen samen stilstaan bij het lijden, maar het verhaal eindigt met de opstanding.

Wat betekent in jouw eigen leven Jezus voor jou?

Zodra ik woorden voor Jezus moet vinden, doe ik hem eigenlijk al tekort. Zoals hij zichzelf noemt – de weg, de waarheid en het leven – zo zie ik hem vooral: als degene die aan mensen hun leven teruggeeft. Er zijn zoveel manieren waarop het leven je onderuit kan halen. Omstandigheden, anderen, je eigen toedoen. Toch gaat het verder. Jezus zorgt ervoor dat achter alles een komma komt, in plaats van een punt.

Dat betekent niet dat problemen niet meer bestaan. Sommige mensen zijn al te kapot: hun hersenen zijn aangetast door verslaving of ze kunnen niet meer zelfstandig leven. Maar met Jezus wordt dat dragelijk: ze kunnen over het water lopen in plaats van erin verzuipen.

Hoe heb je dat in je eigen leven ervaren?

Na mijn tweede chemokuur kreeg ik een herseninfarct en besefte dat ik misschien zou sterven. Ik schreef mijn eigen uitvaart en brieven aan mijn kinderen. En toen kwam opeens zo’n rust over mij. Het maakte niet meer uit of ik nog beter zou worden, het was goed. Daarna lag ik nog anderhalf jaar vaak op bed, maar ik was blij met ieder moment. Zo herinner ik me hoe gelukkig ik was als ik de kinderen in de bakfiets zelf naar school kon brengen. Eens ontmoette ik toen een vriendin van vroeger. Ik droeg zo’n chemomutsje. Zij vertelde later dat ze dacht dat het een fashion statement was, omdat ik zo straalde. Dat gevoel dat ik het niet alleen hoef te doen, ben ik nooit meer kwijtgeraakt.

The Passion raakt aan dit soort universele ervaringen. Dat het ieder jaar zo goed lukt om steeds weer nieuwe muziek te vinden, geeft dat voor mij heel duidelijk aan. En het brengt hoop: over alle lijden wordt een bovenmenselijke liefde en kracht gelegd als een bron waaruit iedereen mag putten. Je mag opstaan en verder gaan.


25 maart 2024, verschenen op Slotstad RTV

De periode van Pasen voor de predikant

 

Hoe beleeft een predikant de periode voor Pasen? Mensen die (ooit) kerkelijk betrokken waren, weten het uit ervaring. Twee keer per jaar is er extra veel te doen en voor te bereiden voor dominees en hun gemeenten: met Kerst en met Pasen. Geeske Donze ging erover in gesprek met dominee Minnema van de Sionskerk in Zeist. Wat maakt Pasen voor hem zo bijzonder en wat wenst hij mensen toe die The Passion in Zeist (misschien wel voor het eerst) gaan meemaken?

 

Door Geeske Donze

Is Pasen het belangrijkste feest in de kerk?

Toen ik begon als predikant, vormde Kerst het hoogtepunt in het kerkelijk leven maar ook ver daarbuiten. Mensen die zelden of nooit in de kerk kwamen, maakten voor de kerstdagen graag een uitzondering. De Kerstperiode was daarom vroeger veruit de meest intensieve tijd van het jaar. Niet alleen voor mij maar voor de hele kerkelijke gemeente. Kosten noch moeite werden gespaard om ‘uit te pakken’ met concerten en bijzondere kerkdiensten. De Kerstnacht was daarbij het ultieme hoogtepunt.

Nog steeds is de Kerstperiode een mooie gelegenheid om het verhaal van God met mensen op aansprekende wijze te vertellen en ervaren. De donkere periode, het knusse van de wintertijd, het werkt allemaal mee om invoelbaar te maken wat wij in kerken met elkaar willen vieren: de geboorte van dat Kind, waardoor alles anders zal worden. Kerst is en blijft een heel mooie en bijzondere tijd.

Maar ik heb gemerkt, bij mij persoonlijk en in de gemeenten die ik mocht en mag dienen, dat er een verschuiving heeft plaatsgevonden. Steeds meer komt het zwaartepunt te liggen bij de tijd voor en van Pasen. Dat heeft met name te maken met het feit dat christenen – als het erop aankomt – Paasmensen zijn.

 

Wat bedoelt u met Paasmensen?

‘Pasen is de hartenklop, de kern zou je kunnen zeggen, van het christelijk geloof. Jezus heeft de dood overwonnen. Zijn opstanding geeft ook ons het leven. Wij mogen leven vanuit het vertrouwen dat ons dagelijkse menselijke falen niet het laatste woord hoeft te hebben. Elke zondag is daarom eigenlijk een Paasdag, want elke zondag herinnert ons als eerste dag van de week aan de opstanding.

Wat maakt Pasen bijzonder?

De periode vóór Pasen, de veertigdagentijd, is een tijd van bezinning en verstilling. We groeien als het ware samen met het lijden en sterven maar ook met de opstanding van Jezus . En in de laatste week voor Pasen, de Stille Week, klinken de diepe tonen van wat Jezus voor ons gedaan heeft: we doorleven zijn laatste dagen met elkaar. The Passion vertelt daar ook van. En daarna, met Pasen, jubelen we het uit, omdat we de zin van ons zijn in Hem vinden.

Voor mij komt juist in deze week, de Stille Week, alles samen waar het christelijk geloof voor staat: dat God vergeeft wat we verkeerd deden en ons de kans geeft opnieuw te beginnen, omdat God onvoorwaardelijk van mensen houdt.

De ‘Stille Week’ is wat activiteiten betreft dus helemaal niet zo rustig: er gebeurt in korte tijd heel veel in de kerken. Ik hoor daar weleens mensen over zuchten. En toch… als je je mee laat voeren in de stroom, van de Palmzondag tot aan Pasen, dan beleef je dat intens en komt er toch een verstilling in jou.

Hoe bereidt u zich als predikant voor?

Al weken van tevoren ben ik bezig met het zorgvuldig uitzoeken van lezingen, liederen en gebeden voor de vier diensten die in de Stille Week zullen plaatsvinden (op donderdag, vrijdag, zaterdag en zondag, red.). Daar komt veel bij kijken. Mijn bureau is dan bezaaid met Bijbels, tekstboeken en liedbundels, zodat ik overal in kan struinen en zorgen dat teksten op elkaar aansluiten. Langzaam groeit de inhoud voor het boekwerkje dat straks aan de kerkgangers zal worden uitgereikt: onze orde van . Daarin zijn alle dagen opgenomen. Elke dag - de Witte Donderdag, Goede Vrijdag, Stille Zaterdag en Pasen - heeft zijn eigen kleur, sfeer, ritme, beleving en eigen accenten, maar alles draait in de Stille Week om de weg die Jezus is gegaan.

Hoe beleeft u deze bijzondere diensten?

Op Witte Donderdag vieren wij het Avondmaal, de laatste maaltijd die Jezus met zijn leerlingen hield, rond de tafel in de vorm van een kruis. Dat moment ervaar ik altijd als een enorme rijkdom: wanneer gemeenteleden elkaar brood en wijn aanreiken, en zich daarmee verbonden weten met hun Heiland.

Ook de Goede Vrijdag, als we het lijden en sterven van Jezus herdenken, is zo’n intense dienst. Voor mij past het niet om dan te preken. Daarom lezen we daar indringende teksten, luisteren naar muziek en zingen gedragen liederen.

De dienst op Stille Zaterdag begint ingetogen. Jezus is gestorven en ligt nog in het graf. We maken op die avond een gang door de hele Bijbel. We lezen hem natuurlijk niet helemaal maar er is aandacht voor verhalen die al vanaf het allereerste begin van de wereld vertellen van Gods liefde voor mensen, en Zijn verlangen naar een relatie met hen. In die verhalen uit de bijbel klinken de grote daden van God door. Ze spreken van Zijn liefdevolle omgang met mensen.

Een mooi en sprekend ritueel vind ik in deze dienst de vernieuwing van onze doopbelofte. Zoals je tijdens je doop in water bent ondergedompeld – je ging kopje onder en kwam weer boven - zo trekt God je in en door Jezus Christus door de dood heen. Prachtig!

Wie de Stille Week heeft meegemaakt in al zijn toonaarden, die merkt, voelt, ervaart, beleeft dat hier de kern van het geloof gevonden wordt. Uiteindelijk klinkt tegen het einde van de dienst het Paasevangelie. De duisternis wint het niet. De Opgestane Heer leeft, Hij doet de dood teniet.

Wat hoopt u dat mensen dankzij The Passion van Pasen mogen ervaren?
Ik hoop dat de mensen in Zeist door The Passion iets mogen ervaren van wat wij in de kerk overdenken rond kruis en opstanding, dood en leven. En ik hoop dat ze erdoor worden aangeraakt. Zodat iedereen mag voelen: Hoe moeilijk het leven soms ook kan zijn, het Licht overwint!


3 april 2024, verschenen op Slotstad RTV

Het verhaal van The Passion raakt aan levens 

 

Zodra de gemeente Zeist had besloten om The Passion in Zeist te gaan organiseren, is een projectgroep veiligheid in het leven geroepen. Daaraan werkte ook Frank van Wijk mee, als specialist risico’s en veiligheid op geneeskundig gebied bij de GHOR (Geneeskundige Hulpverleningsorganisatie in de Regio). In dit interview blikt Frank terug op zijn ervaringen in afgelopen weken en vertelt hoe hij The Passion heeft beleefd.

 

Door Daniëla Postma

Wat is jouw rol geweest bij The Passion?

Ik adviseer bijvoorbeeld over de bereikbaarheid en toegankelijkheid voor de geneeskundige diensten: die zijn voor zowel de rode auto (brandweer) als de gele (ambulance) van groot belang bij dit soort evenementen. En die gele auto heeft dan nog als nare eigenschap dat-ie ook 180 graden wil kunnen draaien om er weer uit te rijden.

Bij evenementen-advisering kijken we altijd naar wat we een beetje ‘de heilige drie-eenheid’ noemen: je hebt een activiteit, je hebt een locatie en je hebt publiek. Zo kun je een heel gemoedelijk publiek hebben, maar is soms de activiteit ongebruikelijk of zit op een lastige locatie. The Passion is dan ook een ‘buitencategorie-evenement’, al is het evenement op zich niet uitzonderlijk. Omdat 2,5 miljoen mensen live mee zitten te kijken, is het extra belangrijk om te weten hoe je moet reageren als de veiligheid door een incident in gevaar dreigt te komen.

Vooraf proberen we daarom met organisatie, politie, brandweer en geneeskundige dienst te verzinnen wat er zou kunnen gebeuren en hoe we daarop het beste kunnen reageren. Zo werden er verschillende scenario’s gemaakt en doorlopen. Toch is het ook altijd weer ‘spannend’. Voor hetzelfde geld zou opeens een wagen met spoed en sirene over de Lageweg gaan – en dan weet je niet hoe de toeschouwers daarop gaan reageren.

Veel bedenken we aan de ‘voorkant’. Als je pas in een later stadium moet beoordelen of een evenement aan alle criteria voor veiligheid voldoet, is het lastiger om de plannen nog te wijzigen. Ik ben dus vanaf het begin betrokken geweest bij het organiseren van dit evenement in Zeist. Zo zat bij The Passion achter het evenemententerrein een zorginstelling. Hun toegangsweg werd nu opeens afgesloten door het hoofdpodium. Verderop is nog wel een andere ingang, maar daar staat een verbodsbord en een paaltje verhindert het inrijden. Dat moest dus worden aangepast.

Ook voor de mensen in deze wijk moest de zorg mogelijk blijven. Alle organisaties die ‘zorg’ verlenen in postcodegebied 3701 hebben daarom vooraf bericht gekregen. De dienstdoende huisartsen hoorden wanneer welk gedeelte van de route waar zou worden gelopen, zodat ze precies wisten wanneer bepaalde straten waren afgesloten. En als echt alle straten afgesloten waren geweest, zoals tijdens Koningsdag in Amersfoort? Dan hadden we een ambulance binnen dat afgesloten gebied geplaatst, zodat de hulpverlening toch direct ter plaatse kan zijn.

Waar was jij toen The Passion plaatsvond?

Ik stond op een dek vlak voor het hoofdpodium. Daar konden mensen met fysieke beperkingen The Passion volgen. Achter mij stond iemand voor blinde mensen in te spreken wat er op het podium of scherm gebeurde. Ik vond vooral zijn interpretaties van de emoties van de spelers fascinerend, zoals: ‘Jezus loopt nu weg en de discipelen kijken hem angstig na.’ Eerder raakte ik in gesprek met een vrouw die aan mij vroeg: ‘Geloof jij?’ Ik antwoordde bevestigend en heb haar verteld van allerlei activiteiten die de kerken in Zeist rond The Passion hadden georganiseerd.

Heb jij ook nog mensen gesproken die meewerkten aan The Passion?

Met de acteurs heb ik geen contact gehad. Wel heb ik gezien hoe Angela Schijf in opperste concentratie zich aan het voorbereiden was. En ik heb de verteller, Kluun, vooraf nog gesproken. Heel eerlijk vertelde ik hem dat de ene uitvoering van The Passion me meer raakt dan de andere. Soms ligt dat aan de liedjes, soms aan de verteller.

Kluun vond ik heel plezierig om naar te luisteren. Hij legde mooi een link met wat er nu allemaal speelt en wist de tegenstellingen tussen mensen te nuanceren: dat het vaak wel meevalt met de polarisatie, wanneer mensen echt dingen met elkaar gaan delen. Dit jaar waren de scènes en songs mooi met elkaar verbonden. Vooral het nummer van ‘Linkin Park’, wanneer Judas in de manege staat, vond ik verrassend en goed naar dat moment vertaald.

Sommige momenten zijn op televisie wel mooier weergegeven dan op de schermen voor de mensen die bij het evenement aanwezig waren. Zo zag ik Angela Schijf over het podium lopen en hoe toen de wind met haar jurk speelde. In die beweging zat veel meer emotie dan je op het scherm zag weergegeven, waar alleen de bovenkant in beeld werd gebracht.

Wat maakt deze Passion bijzonder voor jou?

Dit jaar was er ook een ‘wensambulance’ met iemand die graag nog één keer bij The Passion wilde zijn. Samen met mijn collega Tom hebben we de vrijwilligers van de wensambulance geholpen met de brancard begeleiden. Die persoon kon op de brancard meekijken vanaf het dek en na afloop zijn we met haar naar het kruis van de optocht gegaan. Een beveiliger, een beer van een man, pakte toen de camera over van deze familie en maakte foto’s van hen. Zo’n moment maakte me opnieuw ervan bewust dat The Passion meer is dan zomaar een evenement: zelfs als mensen weinig met God of religie hebben, worden ze door het verhaal geraakt en doet dat iets met hen.

Het is een beetje een open deur, maar de slogan van dit jaar vond ik heel sterk: ‘Ik geloof in jou’. Dat mensen door de liedjes van The Passion beseffen waaruit zij zelf hun kracht putten en zich bewust worden: hier kan ik iets mee, dit sterkt me in een moeilijke periode. Of zich weer bevestigd voelen in hun geloof. The Passion is voor mij als de serie boeken van Nico ter Linden, ‘Het verhaal gaat’, waarin bijbelse verhalen voor moderne mensen toegankelijk worden gemaakt. Dat doet het verhaal van The Passion ook. Dat verhaal gaat ook, en het gaat ieder jaar weer.